LIEDEREN VOOR KLEIN EN GROOT
Categorie: Over Henk sr. (Pagina 3 van 16)
Over bas-bariton en vader Henk van den Brink senior
JEUGDHERINNERINGEN VAN EEN OUD-RENKUMER
door Henk van den Brink
Onze ouders hadden het goede idee ons muziekles te laten volgen en dat ging in de vorm van orgelles van op ons harmonium en werd gegeven door Henk Heuterman. Die was ook dirigent van het Renkumse Mannenkoor, waarin mijn vader bariton en oom Albert tenor zong. Ik denk daar juist nu aan, want ik werk onder andere met een mannenzanggroep hier in Grâne en één van de stukken die we instuderen is een “Ecce quamodo Moritur” van Jacobus Gallus. En, kijkend naar de noten, schoot me te binnen dat ik 60 of 65 jaar geleden onder Heuterman met het mannenkoor in Renkum heb gezongen. En ik kende de noten nog. Wat was Heuterman een formidabele musicus. Ik zie in één van de boeken van boekhandel de Jong (‘ Met Opa op Stap’) Heuterman zitten temidden van zijn zangers.
JEUGDHERINNERINGEN VAN EEN OUD-RENKUMMER
Door Henk van den Brink
Pa was een echt natuurmens. Hij heeft me geleerd hoe je een eekhoorn moet vangen en hoe je een konijnennest kunt ontdekken wanneer op het land het graan voorzichtig opkomt. Ik kan overigens afraden een eekhoorn te vangen en later natuurlijk weer los te laten, want je zit dan onmiddellijk wel vol vlooien. Maar door al dat ontdekken van de natuur heb ik het idee dat ik alle mooie plekjes op de Plankenwambuis en op de Hoge Veluwe nog prima zou kunnen vinden. Vele lezers weten natuurlijk dat zich in dat park de Hoge Veluwe een schitterend museum bevindt: het Kröller-Müller museum. Welnu, in dat museum , dat ik ontelbare keren heb bezocht, heb ik met de lessen van meester Gaasbeek in hebt hoofd, getracht een Van Gogh te kopiëren. Uiteindelijk is mijn leven in de Kunst een andere kant opgegaan. Het is, zoals velen zullen weten, de muziek geworden en ook dat is al in die jeugdtijd begonnen.
JEUGDHERINNERINGEN VAN EEN OUD-RENKUMMER
Door Henk van den Brink
Wij hadden in onze jeugd natuurlijk ook ons aller Keijenbergse beek. Spelen in het water, zwemmen en plezier maken. Maar er zat nog een ander aspect aan die beek. Er zat forel in de beek!
De heidemaatschappij pootte elk jaar jonge forelletjes uit en mijn vader vond dat wanneer die groot genoeg waren er best eens één of twee op ons bord zouden kunnen prijken. Dus ging pa in zijn zondagse pak met ons naar de beek, spreidde daar een witte zakdoek uit, ging op zijn knieën zitten om heel voorzichtig onder de uitgesleten walkant de forel te voelen.
Als dat lukt, probeerde hij met duim en wijsvinger onder de kieuwen van de vis te pakken. Onder de kieuwen is het enige plekje waar de vis droog is. Soms was het op de knieën zitten niet voldoende, dus ging pa vervolgens languit op zijn buik liggen om met één van ons op zijn benen zittend het hele gedoe te herhalen. Dat heeft vele malen een nat pak, vuile vlekken en soms ook wel eens een scheur in de broek opgeleverd. Moeder wachtte ons dan op met de mattenklopper!
JEUGDHERINNERINGEN VAN EEN OUD-RENKUMMER
Door Henk van den Brink
Een apart hoofdstuk was voor mij en voor Grada het contact met de overige leden van de familie Van den Brink. Want die jongens Hendrik, Albert, Gerrit en Wouter waren niet van die brave jongens en ik herinner me een leuk verhaal als volgt: in een bepaalde tijd van het jaar gingen zij eendeneieren zoeken op de hei. Het ging daarbij om een soort loopeend, waarvan de kuikens niet direct konden zwemmen. Vandaar de nesten op de hei op een zekere afstand van het water, genoeg om de kuikens groot genoeg te laten zijn voor er water in de buurt kwam.
De eieren waren lekker, dus de gebroeders zochten die eieren en stopten ze onder de pet in de hoop geen boswachter tegen te komen. Maar eens was dat wel het geval. De goede man, die de knapen goed kende, zei toen heel vriendelijk: “Zo, brave jongens” en klopte toen stevig op de petten. Geweldig!
JEUGDHERINNERINGEN VAN EEN OUD-RENKUMMER
Door Henk van den Brink
Een andere herinnering was deze. Vanwege het bombardement door de Duitsers van Rotterdam in 1940 kwam er een leuk meisje uit dat Rotterdam in Renkum wonen. Dat was een echte jeugdliefde. Zij woonde toen bij een familie in een boerderij aan de Groeneweg. Later, toen zij weer terugging naar Rotterdam zijn we nog lange tijd correspondentievrienden gebleven. En nu het gekke: ik weet nog dat zij woonde in de Zaagmolenstraat 13 in Rotterdam, maar haar naam ben ik vergeten. Misschien dat Grada wat meer kan uitvinden. Verder moet ik maar accepteren, dat er wel meer vergeten is. En ik denk dan maar aan Winston Churchill die ooit zei:”Voorwaarde voor een gelukkig leven is een goede gezondheid en een slecht geheugen”
JEUGDHERINNERINGEN VAN EEN OUD-RENKUMMER
Door Henk van den Brink
Een ander jaar was er de klas van meester Visser. In die klas zat een fantastische meid: Bep Budding. Ik weet niet meer of Bep de dochter was van Budding de bakker of van Budding van het postkantoor. In ieder geval waren Bep en ik in een voortdurende competitie verwikkeld van wie van ons het meeste straf kreeg. Wij waren voor meester Visser een soort wanhoop en ik denk dat Bep heeft gewonnen. Wij hadden iets moois ontwikkeld. Via het met behulp van een rietje of bamboepijpje blazen van natte propjes papier tegen het plafond konden we rustig afwachten hoe die propjes na entree van meester Visser langzaam naar beneden daalden. Resultaat geweldig! Het zou leuk zijn iets van Bep te horen.
JEUGDHERINNERINGEN VAN EEN OUD-RENKUMMER
Door Henk van den Brink
Terug naar de “Echo’s”: ik dacht opeens er zijn nu ongeveer een dertigtal echo’s verschenen en ik heb er nog geen letter in geschreven, dus vandaar een eerste poging om wat herinneringen op te halen. Ik was op de Christelijke school “Laat de kinderkens tot Mij komen” en ik zal U een paar souveniers vertellen.
Mijn eerste gedachte gaat dan naar de klas van meester Gaasbeek. Ik denk dat er nog veel lezers zijn voor wie de naam nog wel iets zegt. Hij was voor mij een voorbeeld. Een geboren onderwijzer, die me niet alleen alles heeft bijgebracht wat volgens het boekje nu eenmaal moest, maar ook de liefde voor de natuur en enig begrip van Kunst. Kunst dan in de vorm van tekenen en schilderen. Magnifieke herinnering.
JEUGDHERINNERINGEN VAN EEN OUD-RENKUMMER
Door Henk van den Brink
Beste lezers, kunt U zich van het volgende een voorstelling maken? Ik zit in Zuid-Frankrijk in mijn woonkamer in een luie stoel (die overigens van mijn vader was en uit Renkum komt, namelijk van Hoefsloot) en ik heb in mijn handen de “Echo’s van zes dorpen” jaargang 8 nummer 3. Leuk toch? Ik heb het blad dankzij de goede zorgen van mijn zus en zwager Grada en Sape Wobbes – van den Brink.
En ik ben daar heel blij mee, want hoewel ik sinds 1947 eigenlijk niet meer in Renkum woon; geboren ben ik er wel. En die jaren dat ik er dus wel woonde zijn in mijn herinnering geweldig fijne jaren geweest, met uitzondering dan van de hongerwinter.
Natuurlijk waren diezelfde jaren voor mijn ouders niet altijd zo geweldig, maar toch in huize Van den Brink in de Leeuwenstraat was er altijd een fijne harmonie. Met een kleine en niet meer zo belangrijke uitzondering, want tussen Grada en mij was de harmonie soms wat ver weg. Maar dat is verleden tijd en ik troost me dan ook om mijn zus te plagen met een uitdrukking van Eduard Douwes Dekker; u weet wel de schrijver van Max Havelaar oftewel Multatuli, die zei in zijn boek: “Een vrouw is een engel, maar wie dat zegt heeft geen zuster gehad”. Alle gekheid op een stokje: Grada en Sape zorgen voor de vele zaken die van Nederland naar Frankrijk moeten.
In 2008 ontving Henk junior van neef Gerrit Richter een kopie van “Echo’s van zes dorpen”, uitgegeven door Het Genealogisch en Historisch Genootschap ‘Redichem’ te Renkum. Hierin was een bijdrage opgenomen van Henk senior, namelijk ‘Jeugd herinneringen van een oud-Renkummer’ op bladzijde 10.
Gerrit had het al in 2006 ontvangen en van commentaar voorzien in zijn dagboek-aantekeningen. Het was voor Henk en Rebekka de aanleiding om hernieuwd contact met Henk senior te willen krijgen. Immers, in de tekst stonden adres, telefoonnummer en e-mail. Ze hebben de stoute schoenen aangetrokken en hebben senior gemaild.
Hieronder staat het laatste stukje tekst uit het artikel in de Echo:
Mocht iemand langs willen komen: Grâne is in de Rhônevallei 125 ten zuiden van Lyon, tussen Valence en Montélimar, Departement is Drôme. Mooie streek voor vakantie en in de zomer lekker warm en veel zon. Vraag maar aan Grada en Sape. Voor wie contact wil: mijn adres is Domaine de Boisset, 26400 Grâne, Frankrijk.
Telefoon: 00 33 4 75 62 76
E-mail: henkvoce28@aol.com
Henk van den Brink
Recente reacties