Maand: mei 2002

Het is Amina’s eerste lesdag. Ik overleg veel met haar.

Frans en Hannelore sturen een kaartje naar Adriaan omdat hij zijn 15 -jarig jubileum bij Getronics viert.

We vertrekken om 5 uur ‘s morgens en ongeveer twaalf uur later zijn we bij Beat en Damea. Bij het huisje is een nieuwe hond, César (wij dachten dat het Tessa was). Het was bar weer onderweg; het regende voortdurend en alles zat potdicht. In Egg had het die middag nog gesneeuwd. De verdeling van de slaapkamers is: Bert en Marga, Gerben en RJ, Adriaan en Erik, Wilma en Mariëlla. Zondag: om 11 uur zijn we in het natuurmuseum en daarna gaan we naar het Alpinemuseum. Later naar het zwembad. We eten in Ostermundigen. Maandag: naar Gruyere voor een kasteelbewoner en daarna naar de Jaunpass om te sleeën. Marieke belt dat Pim Fortuyn is neergeschoten. Dinsdag gaan we Murren, waar het kristalhelder was. We lopen in een uitgestorven dorp en houden sneeuwbalgevechten in t-shirt langs de spoorbaan waar veel sneeuw ligt. Terug in Lauterbrunnen gaan we naar Interlaken om een skateboard te kopen. Dat lukt daar niet maar wel in Thun op het industrieterrein. Erik komt thuis en valt meteen – ai, pijn en drama. Woensdag gaan we naar het Kiental en Griesalp – we doen de wildwaterweg met de heksenketel. Er reed geen bus en Bert’s auto raakte oververhit – help! We hebben in het restaurant koffie gedronken en zijn om 4 uur terug in Thun. Donderdag gaan we voor het eerst naar Axalp met Beat en Damea. Er is overal houtsnijwerk. De wandeling kent steile stukjes over een smal voetpad met relatief veel sneeuw. Bert en Marga zijn teruggekeerd, maar wij kwamen bij het meertje waar we een vuurtje hebben gestookt en worstjes (meisjesbenen) hebben gebraden. De terugtocht deden we met rustpauzes. Onder de Giesbachfälle doorgelopen en ijs gegeten. Vrijdag: naar Bern om zakmessen en t-shirts te kopen. We eten op de Gurten. RJ is de zijne al snel kwijt – we zijn allemaal gaan zoeken. Nog gauw weer naar Loeb om een nieuwe te kopen. We drinken ‘s avonds koffie bij de familie Schmutz. Om half tien staan we reisklaar. Er zijn veel wegwerkzaamheden en we eten bij een Duits wegrestaurant, waar we worden betrapt met onze tube mayonaise. Om 22:30 uur zijn we in Aduard, waar we ‘de cavia’ begroeten. Jel: mam, wat heb je met die hond gedaan? Wat is ie klein. En hij is verbleekt.