Ik mag naar de World Council van de YMCA in Nyborg Strand in Denemarken. Zaterdag is de reisdag en op zondag 4 augustus reizen we terug.
Uit een brief aan Mw. Wassink op 5 augustus 1985: De World Council was heel bijzonder; het heeft me vooral aan het nadenken gezet. Ook nu nog werken mijn hersens op topsnelheid. Je gaat denken op ‘wereldnivo’ (als je iets hoort op de radio, denk je meteen aan de personen uit dat land), je visie wordt veel breder en thuisgekomen moet je dan weer omschakelen (wat dan best lastig is). We hebben als delegatie heel goed samengewerkt, meningsverschillen werden geaccepteerd en waren nauwelijks een probleem. Ik heb op deze World Council niet alleen veel geleerd over andere gewoonten, andere YMCA’s en andere mensen, maar ook veel over ‘onze eigen’ C.J.V. Ik heb in Denemarken veel emotionele gebeurtenissen meegemaakt, waaronder hele fijne.
Op dinsdag schrijf ik een depressief verslag; ik voel me er niet thuis en eenzaam. Ik heb van tevoren heel enthousiast gedaan over de WC, maar hier lijkt alles niet zo bijzonder meer. Ook al is iedereen heel vriendelijk, er blijft toch een zekere afstand. En ik ben zelf ook gereserveerd. Ik voel me niet op mijn gemak, zowel niet in de Nederlandse groep als in de WC-groep. Waarom zit ik nu niet bij de Schotten. Omdat ik geen zin heb in gezuip of omdat ik hun grapjes niet leuk vind. En ik baal van alle mensen die zonodig hun zegje moeten doen. Hillebrand gaat zijn eigen gang, Willem een beetje ( ik heb het idee dat hij mij een beetje als belastend ervaart), Kees is leuk, Philo heeft bemoeizucht, Jossy is net even te leuk, Jan heel sympathiek en Bram ook. Onze vergaderingen zijn net kippenhokken; iedereen kakelt door elkaar en een fatsoenlijke discussie kan niet worden gevoerd. Waarom kunnen mensen niet luisteren? Het spijt me dat ik dit jaar niet mee ben op Tienerkamp. Al was het alleen maar om uit te testen of ik ook nog enthousiast met anderen/jongeren kan omgaan. Zou het dan toch het taalprobleem zijn?
Geef een reactie